Vleermuiskast S

Vleermuiskast S is een kleinere variant van de Vleermuiskast elders in de webshop. Omdat gebouwen steeds beter geïsoleerd zijn, kunnen vleermuizen moeilijker geschikte woonruimte vinden. Deze vleermuiskast biedt voor verschillende soorten kleine vleermuizen een ideale woonruimte. Een goede plaats om de kast op te hangen is aan de gevel.

Voorzieningen aan huis

Als u vleermuizen bij uw woning hebt, kunt u ervoor zorgen dat ze langer blijven. Als vleermuizen overlast veroorzaken, is die overlast eenvoudig te verminderen.

• Denk aan mestplankje. Om te voorkomen dat vleermuismest bijvoorbeeld op een raam valt, kan op circa 1,5 meter onder de uitvliegopening een plankje van 30 cm breed worden bevestigd. Dit plankje zal de meeste keutels opvangen.
• U moet de binnenzijde van een spouwmuur (verbinding binnenhuis en muur) goed afdichten. Voor de ventilatie van het huis is het belangrijk dat de verbinding buitenhuis en spouwmuur openblijft.
• Bij stank is ventilatie erg belangrijk. Vaak zijn spouwmuren opgevuld met isolatieschuim, dit houdt vocht vast en dus ook stank. Het is belangrijk dat een spouwmuur kan luchten.

Trek vleermuizen aan door….

Iedereen kan een steentje bijdragen aan het behouden en verbeteren van het leefgebied voor vleermuizen. Een paar ideeën:

• Zet inheemse struiken en planten in uw tuin die ook ‘s nachts geuren. Hier komen dan veel insecten op af die vleermuizen aantrekken. Kamperfoelie, teunisbloemen en marjolein zijn maar een paar voorbeelden. Of zaai het speciale bloemmengsel voor vleermuizen, zie elders in de webshop.
• Ook natuurlijk ingerichte vijvers trekken insecten aan en daarmee ook vleermuizen.
• Zelf een vleermuisverblijfplaats maken, bijvoorbeeld door een vleermuiskast op tenminste 3 meter hoogte op te hangen of een 2 cm smalle opening onder de gevelbetimmering aan te brengen.
• Op een enkele vleermuissoort na, hebben de meeste vleermuizen een voorkeur voor het donker. Probeer bij de gemeente afspraken te maken over verlichting van wegen en fietspaden. Lampen kunnen ‘s nachts om en om branden of  minder fel.

Vleermuiskasten rondom huis

Veel vleermuissoorten bewonen van nature holle bomen. Bij gebrek aan deze natuurlijke boomholten kunnen vleermuiskasten dienen als kunstmatige verblijfplaats. Vleermuiskasten zijn echter géén nestkasten; ze worden door sommige vleermuissoorten alleen gebruikt als slaapplaats of paarplaats van één of enkele dieren en maar zelden als kraamkamer. Bij het gebruik als paarplaats roepen bv. mannelijke ruige dwergvleermuizen (Pipistrellus nathusii) langsvliegende vrouwtjes vanuit de kast.
Vleermuiskasten zijn vooral bedoeld voor de bosbewonende vleermuizen. Typische gebouwenbewonende vleermuizen, zoals de gewone dwergvleermuis, laatvlieger en meervleermuis, hebben een sterke voorkeur voor open spouwmuren en/of ruimten achter daklijsten en dakpannen.

Aanpassingen aan de woning?

U kunt om het huis daarom wel kasten ophangen, maar dit is vaak helemaal niet nodig. Als alternatief kunt u een aantal kleine aanpassingen aan het huis maken:

• Vleermuizen kruipen het liefst weg in allerlei kieren of spleten, zoals een plank of plexiglas-plaat net onder de dakrand. Door de plank zodanig te monteren dat er net 1,5 tot 2 centimeter ruimte is tot de muur zullen vleermuizen achter deze plank wegkruipen. Vooral dwergvleermuizen en ruige dwergvleermuizen maken gebruik van dit soort constructies.
• Sommige huizen hebben nog echte luiken voor de ramen. Achter deze luiken kan wel een vleermuis hangen! Indien deze luiken niet meer gebruikt worden, kunt u deze ook omtoveren tot een vleermuisverblijfplaats. De luiken worden op 2,5 tot 1,5 centimeter afstand van de muur gemonteerd (met de lamellen dicht). U kunt kieren aan de zij- en de onderkant dichten door smalle latten tussen muur en luiken aan te brengen (zie figuur).
• Sommige daken hebben naast normale dakpannen ook ‘spreeuwen-pannen’. Dit soort pannen zijn in combinatie met een ruimte onder de pannen ook heel geschikt voor vleermuizen. De ‘vleermuis-pan’ wordt door middel van een smalle kruipplank verbonden met een vleermuiskast aan de binnenzijde van het dak. Dit soort constructies is alleen mogelijk bij nieuwbouwhuizen of bijvoorbeeld tijdens renovaties van het dak. Of in kerken, waar de ruimte boven het gewelf op deze manier voor vleermuizen toegankelijk gemaakt kan worden.
• Huizen met een overstekende dakrand bieden ook een uitstekend alternatief voor een vleermuisverblijfplaats. Onder deze dakrand kunt u een plank met inkruipspleten voor vleermuizen monteren.

Geen volledig alternatief

Vleermuiskasten zijn geen volledig alternatief voor natuurlijke boomholten en open spouwmuren. Vrouwtjes met jongen gebruiken zelden een kast. Door de slechte isolatie zijn ze, tijdens strenge winters, ook niet geschikt voor overwinterende vleermuizen. Boombewonende vleermuizen, zoals rosse vleemuizen en bosvleermuizen, blijven dus 100% afhankelijk van dikwandige boomholten.

TIPS BIJ HET OPHANGEN VAN VLEERMUISKASTEN

• De maat van de invliegspleet is vrij kritisch (max. 1,5 cm. breed), omdat anders kleine zangvogels (winterkoning en boomkruiper) de kast als slaapplaats gaan gebruiken. Vleermuizen gaan de concurrentie met vogels zoveel mogelijk uit de weg.
• Vooral de binnenzijde van het achterschot moet ruw zijn. Zo nodig kunt u dit extra ruw maken door horizontaal zaagsneden aan te brengen. Zo kunnen de vleermuizen zich goed met de nageltjes van hun achterpoten vastgrijpen.
• U kunt de kast aan de buitenzijde met een bruine of groene milieuvriendelijke beits schilderen. Noodzakelijk is het niet, het komt alleen de levensduur ten goede.
• Werk de bovenzijde (dus over het scharnier) af met een stukje dakleer of loodslab. Let u er op dat de voorzijde wél gemakkelijk geopend kan worden.
• Hang de kast op aan een stevige boom, liefst op een plaats waar meerdere bomen aanwezig zijn. Een groter aantal kasten in één gebied verhoogt de kans op succes aanmerkelijk. (10 stuks per hectare)
• De kast moet minstens op 3 meter hoogte hangen, zodat de vleermuizen vrij uit kunnen vliegen.
• Zorg dat de vleermuizen bij het uitvliegen zo min mogelijk obstakels tegenkomen; vleermuizen maken bij het uitvliegen vaak geen gebruik van het echolocatiesysteem.
• Hang de kast zo mogelijk met de voorzijde naar het zonlicht. Vleermuizen zijn echte warmteliefhebbers, de kast kan op deze wijze zoveel mogelijk zonnewarmte absorberen.
• De kast moet tochtvrij en luchtdicht zijn.
• Hang de kast zoveel mogelijk in de luwte.
• Wanneer de kast eenmaal is opgehangen, hoeft hij vrijwel nooit geopend te worden. Als er keutels liggen op het mestplankje aan de onderkant, dan bezoeken vleermuizen uw nestkast!
• Met dank aan het Vleermuis.net